De eerste soera van de Koran in Nederlandse koranvertalingen

Het onderstaande tabel geeft een overzicht van een aantal Nederlandse vertalingen van de eerste soera (al-Fātihah) van de Koran.

Berentsma, De Arabische Alkoran (1641)

     In den name des barmhertigen ende goedigen Gods, des Heeren aller dinghen, rechter des toekomstighen oordeels, die daer altoos hoogh ghepresen is, wy bidden u, ende op u hebben wy ons vertrouwen, voert ons op den rechten wegh, op dien wegh die ghy u uytverkooren hebt, ende niet den geenen, over welcke ghy vertoornt zijt, namelijck der onghelovighen.     

Glazemaker, Mahomets Alkoran (1658)

     In de naam van de goedertiere en barmhartige God, lof zy aan de goedertiere en barmhartige God, Koning van de dag des Oordeels; wy bidden u aan, wy verzoeken hulp van u, gelei ons op de rechte weg, op de weg der gener, aan de welken gy genade hebt bewezen, tegen de welken gy niet vergramt zijt geweest, en wy zullen niet afgedwaalt wezen.     

Tollens, Mahomed’s Koran (1859)

         In naam van den goedertierenen en barmhartigen God.
1. Lof zij God, den Meester van het heelal,
2. Den Goedertierene, den Barmhartige,
3. Opperheer op den dag der vergelding.
4. Gij zijt het, dien wij aanbidden, Gij zijt het, wiens hulp wij inroepen.
5. Leid ons op den regten weg,
6. Op den weg dergenen, die Gij met uwe weldaden overladen hebt,
7. Niet van hen, die Uw toorn hebben beloopen, noch van hen, die afdwalen.
    

Keyzer, De Koran (1860)

         In naam van den langmoedigen en albarmhartigen God.
1. Lof aan God, meester des heelals.
2. Den langmoedige, den albarmhartige.
3. Regter op den dag des gerichts.
4. U bidden wij aan, Uwe hulp roepen wij in.
5. Voer ons langs den regten weg.
6. Langs den weg dergenen, die zich in Uwe weldaden verheugen.
7. Niet langs den weg dergenen, die Uwen toorn hebben opgewekt, en niet op dien der dwalenden.
    

Lahore Ahmadiyya Beweging, De Heilige Qoer-an (1934)

         In naam van God, den Weldadige, den Genadige.
1. (Alle) Lof komt God toe, den Heer der werelden,
2. Den Weldadige, den Genadige;
3. Meester van den dag der vergelding.
4. U dienen wij en U smeeken wij om hulp.
5. Leid ons op het rechte pad,
6. Het pad dergenen wien Gij gunsten hebt geschonken,
7. Niet (dat) dergenen, over wie toorn wordt uitgestort, noch (dat) dergenen die dwalen.
    

Ahmadiyya Moslim Gemeenschap, De Heilige Qor’aan (1953)

     1. In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle.
2. Alle lof zij Allah, de Heer der Werelden.
3. De Barmhartige, de Genadevolle.
4. Meester van de Dag des Oordeels.
5. U alleen aanbidden wij en U alleen smeken wij om hulp.
6. Leid ons op het rechte pad,
7. Het pad dergenen, aan wie Gij gunsten hebt geschonken – niet dat van hen, op wie toorn is nedergedaald, noch dat der dwalenden.
    

Kramers, De Koran (1956)

         In de naam van Allah, de Barmhartige Erbarmer.
1. Lof aan Allah, de Heer der wereldwezens.
2. De Barmhartige Erbarmer.
3. De Heerser op de Dag des Gerichts.
4. U dienen wij en U vragen wij om bijstand.
5. Leid ons langs het rechtgebaande pad.
6. Het pad dergenen, wie Gij Uw weldaden schenkt;
7. over wie geen toorn is en die niet dwalen. Amen.
    

Leemhuis, De Koran (1989)

     1. In de naam van God, de erbarmer, de barmhartige.
2. Lof zij God, de Heer van de wereldbewoners,
3. de erbarmer,de barmhartige,
4. de heerser op de oordeels dag.
5. U dienen wij en U vragen wij om hulp.
6. Leid ons op de juiste weg,
7. de weg van hen aan wie U genade geschonken hebt, op wie geen toorn rust en die niet dwalen.
    

Jaber & Jansen, De Koran (1992)

     1. In de naam van God, de Barmhartige Erbarmer.
2. Lof aan God, de Heer der wereldwezens,
3. de Barmhartige Erbarmer,
4. de Heerser op de Dag van het Oordeel.
5. U dienen wij en U vragen wij om bijstand.
6. Leid ons langs het rechtgebaande pad,
7. het pad van degenen die Gij Uw weldaden schenkt, over wie geen toorn is en die niet dwalen.
    

Stichting Islamitisch Cultureel Centrum Nederland, De Edele Koran (1996)

     1. In de naam van Allah, de Erbarmer, de Meest Barmhartige.
2. Alle lof zij Allah, de Heer der Werelden.
3. De Erbarmer, de Meest Barmhartige.
4. De Heerser op de Dag des Oordeels.
5. U alleen aanbidden wij en U alleen vragen wij om hulp.
6. Leid ons op het rechte Pad.
7. Het Pad van degenen aan wie U gunsten hebt geschonken, niet van degenen op wie de toorn rust en niet dat van de dwalenden.
    

Lahore Ahmadiyya Beweging, De Heilige Korān (2004)

         In de naam van Allāh, de Erbarmer, de Barmhartige.
1. Geprezen zij Allāh, de Heer van de werelden,
2. De Erbarmer, de Barmhartige,
3. Meester van de dag van het Oordeel.
4. U dienen wij en U smeken wij om hulp.
5. Leid ons op het rechte pad,
6. Het pad van degenen aan wie U gunsten heeft verleend,
7. Niet van degenen op wie toorn is neergedaald, noch van degenen die dwalen.
    

Kader Abdolah, De Koran (2008)

     In de naam van Allah
Hij is lief
Hij geeft
Hij vergeeft
 
Alef Lam Miem.
Alle lof voor Hem, de Maker van de werelden.
De Koning van het leven na de dood.
We bidden tot U en we vragen alleen Uw hulp.
Leid ons op het juiste pad.
Naar de weg van degenen aan wie Gij genade schonk, niet naar de weg van hen die Gij niet mag, noch naar die van de dwalenden.
    

Stichting Halal Life, De Glorieuze Qor’ān (2012)

     1. In de naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle.
2. Alle lof zij (aan) Allah, de Heer van de Werelden,
3. De Barmhartige, de Genadevolle,
4. Meester van de Dag van het Oordeel.
5. U alleen aanbidden wij en U alleen smeken wij om hulp.
6. Leid ons op het rechte pad.
7. Het pad van hen die U begunstigde, niet (het pad) van hen op wie toorn rust en niet dat van de dwalenden.
    

Islamitische Universiteit Rotterdam, De Levende Koran (2013)

     1. In de naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle.
2. Lof aan Allah, de Heer van alle werelden.
3. De Barmhartige, de Genadevolle.
4. Heerser van de Dag des Oordeels.
5. Jou alleen dienen wij en jou alleen vragen wij om hulp.
6. Leid ons op het rechte pad.
7. Het pad van degenen aan wie jij gunsten hebt geschonken. Niet [het pad] van degenen op wie toorn is neergedaald en niet [het pad] van de dwalenden.
    

Stichting as-Soennah, De Interpretatie van de Betekenissen van de Koran (2013)

     1. In de Naam van Allah, de Meest Barmhartige, de Meest Genadevolle.
2. (Alle) lof zij Allah, de Heer van de werelden.
3. De Meest Barmhartige, de Meest Genadevolle.
4. De Enige Bezitter van de Dag van de Vergelding.
5. U Alleen aanbidden wij, en U Alleen vragen wij om hulp.
6. Leid ons naar het rechte Pad.
7. Het Pad van degenen die U heeft begunstigd, (en) niet (het pad) van degenen die Uw Woede verdienden, noch van degenen die dwaalden.
    

Stichting OntdekIslam, Interpretatie van de betekenis van de Heilige Koran (2013)

     1. In de naam van Allah, de meest Barmhartige, de meest Genadevolle.
2. Alle lof en dank komt (alléén) Allah toe, de Bezitter van alle wereldwezens (mensen, Djinn, Engelen en de rest van Zijn volledige schepping).
3. De meest Barmhartige (voor elk wezen in dit leven), de meest Genadevolle (voor Zijn gelovigen in het Hiernamaals).
4. De Heerser op de Dag des Oordeels.
5. U (alléén) aanbidden wij, en U (alléén) vragen wij om hulp.
6. Leid ons op het rechte Pad.
7. Het Pad van degenen aan wie U gunsten hebt geschonken (verwijzend naar de Profeten en meer specifiek Mohammed) en niet (naar het pad) van degenen Uw toorn hebben opgewekt (degenen die de Waarheid verwerpen of verbergen) noch (naar het pad) van de dwalenden.
    

Soleimani, De Koran (2014)

     1. In de naam van God, de Barmhartige, de Genadige.
2. Lof aan God, de Opvoeder van de wereldbewoners,
3. de Barmhartige, de Genadige,
4. de Heerser van de dag van de gerechtigheid.
5. U dienen wij alleen en alleen U vragen wij om bijstand.
6. Leid ons langs het rechte pad,
7. het pad van degenen aan wie U weldaden heeft geschonken; niet [het pad] van degenen op wie de toorn rust, noch dat van degenen die dwalen.
    

Verhoef, De Koran (2015)

         In de naam van God, de barmhartige, de genadevolle.
1. Lof zij aan God, de Heer van alle schepselen,
2. de barmhartige, de genadevolle,
3. die op de dag van het oordeel regeert.
4. U dienen wij en bij U zoeken wij hulp.
5. Leid ons op de goede weg,
6. de weg van hen aan wie U Uw gunst betoont,
7. niet die van hen op wie U verbolgen bent en van hen die dwalen.
    

Naar pagina begin Naar begin